Vijftigzettenregel lijkt nuttig

Eric van Dusseldorp

 

Voor de finale van het Nederlands kampioenschap geldt dit jaar voor het eerst vijftigzettenregel. Remise mag, vanaf heden, pas na minimaal vijftig zetten worden overeengekomen. Gebeurt dit eerder, dan is de uitslag voor straf 0-0.

Een van de tegenstanders van deze regel is internationaal grootmeester en NK-finalist Rob Clerc. Het zou volgens hem en zijn medestanders niet verplicht moeten zijn om ‘potremise’-standen tot de tijdcontrole uit te spelen.

Misschien is diezelfde Clerc er na de eerste finaleronde anders over gaan denken. In zijn partij tegen Ron Heusdens stond na 41 zetten een stand op het bord die eigenlijk door iedereen al op remise was getaxeerd.

Zwart: R.Clerc - Wit: R. Heusdens

Zie diagram.

 

Na 32-28 is het snel remise (al moet na (18-23) 37-32 (12-18) schijf 48 bij voorkeur wel naar rechts.). Er volgde evenwel 42. 48-43??, 19-23! Nu heeft wit last van twee giftige plakkers: op 34-30 (23-28) 30x17 (28x48); op 33-28 (24-30!) 28x17 (30x48). 43. 43-39, 20-25!; en nu komt de derde plakker aan het licht: 33-28 (26-31!) met winnende slag naar 44. Heusdens besloot daarom een schijf te offeren met 34-29, maar had eigenlijk geen compensatie en verloor kansloos.

Een van de mooiste partijen uit de beginfase van het toernooi was de overwinning van ‘debutant’ Alexander Baljakin op Hein Meijer. Zie diagram.

Zwart: H. Meijer – Wit: A. Baljakin

 

Hein Meijer, aanvalsspeler bij uitstek, kreeg in de eerste ronde al te maken met een perfect gevoerde omsingeling van clubgenoot Kees Thijssen. Op het beslissende moment liet zijn opponent toen een steekje vallen waardoor de Amsterdammer met een puntendeling weg kon komen. De voormalige Wit-Rus Alexander Baljakin zette daarentegen, in de tweede ronde, wel de puntjes op de i.

29. 38-32!, 21-27?;

Hier zwart moeten vluchten in het niet zo aantrekkelijk ogende (23-29) 32x23 (29x40) 35x44 (18x29). 30. 32x21, 16x27; 31. 43-38, 12-17; Op het alternatief (20-24) volgt 38-32 (27x38) 42x33 (14-19) 25-20 (24-30) 34x25 (15x24) 48-42 en nu volgt op (9-14) 31-27 (22x31) 36x27 en op (23-29) het meerslagje 39-34! en dam op 3. 32. 48-43, 8-12; Na (20-24) is de dam door 35-30 (24x35) 34-29 (23x34) 39x30 (35x24) 38-32 mogelijk en op (13-19) is 39-33 winnend. 33. 38-32, 27x38; 34. 42x33, 17-21 Op (20-24) gaat wit na 34-29! en damhalen op 2 snel winnen. 35. 34-29, 23x34; 36. 39x30, 28x48; 37. 31-26, 48x31; 38. 26x10, 15x4; 39. 25x3 en in dit dammeneindspel met twee schijven minder hield de zwartspeler het snel voor gezien. Een prachtige forcing!

Zwart: A.Scholma – Wit: G. Boom

 

Een partij tussen twee attractieve dammers had in diagram 3 haar hoogtepunt. Gerrit Boom, vervolgde met 41. 29-23?, 18x29; 42. 34x23, 17-21!; en hoe wit ook slaat, steeds rolt de slag (25x41) eruit. Zwart won.

Oplossing vorige opgave: (auteur Arie van der Stoep; cijferstand: Zwart: 7, 8, 11, 12, 14, 17, 19, 21, 24, 25, 30, 36, 40 / Wit: 15, 18, 23, 26, 28, 32, 33, 35, 42, 44, 46, 50): 45, 22 (19x48) 41, 6, 1, 44, 24, 34, 35. Geweldig!

De nieuwe opgave is een eerste publicatie van Rens de Jong uit Velzen-Zuid. Zie diagram 4. Wit begint en wint.

 

Terug naar damrubrieken