Vermoeidheid leidde tot hilarische momenten

Eric van Dusseldorp 

“Ik was een beetje moe.” Het was bijna gewoontegetrouw de reactie van de destijds bij PSV voetballende Romario, als hem door verslaggevers werd gevraagd naar de oorzaak van zijn tegenvallende prestaties in de zojuist gespeelde wedstrijd. Dat het ‘een beetje moe zijn’ niet het gevolg was van het zware wedstrijdprogramma in de eredivisie maar eerder van het zwoele Eindhovense nachtleven waar de Braziliaan zich regelmatig in placht te begeven, werd er dan niet bij verteld.

Ook de deelnemers aan de finale van het NK-dammen waren soms een beetje moe. Niet als gevolg van te veel doorzakken tot in de kleine uurtjes – de huidige generatie topdammers is slechts met moeite op het drinken van een glaasje bier te betrappen – maar door het intensieve speelrooster. Het spelen van elf partijen in negen dagen, met twee keer een dubbele ronde op een dag, is een vermoeiende bezigheid. En dat was te zien aan het spel van sommige spelers in de tweede helft van het toernooi.

Wit: A. Scholma – Zwart: K. Thijssen.  

Zie diagram. Het meest hilarische moment van het afgelopen NK was ongetwijfeld het verlies van vijfvoudig ex-Nederlands kampioen Kees Thijssen tegen Auke Scholma in een 3-om-1. Preciezer geformuleerd: twee dammen en een schijf tegen een dam en een schijf.
Als minderheidspartij word je in dit soort standen aangeraden om je schijf te offeren, maar dat gaat hier al niet: na (24-30) 48x25 is zwart in een verliezende vork beland. Bovendien wilde de zwartspeler helemaal geen schijf offeren, want dat zou hem een minnetje opleveren, wat zijn doorwerking kan hebben in de eindrangschikking. Thijssen speelde daarom 67…., 24-29??; en werd verrast door 68. 48-26! en zwart ontsnapt niet aan de vork. Zo volgt op (3-25) 13-9 en 28-17 en eerst offeren door (29-33) helpt ook al niet. Zwart gaf het dus op.

Lang duurde de euforie niet voor Scholma. Een ronde later leek ook bij hem de vermoeidheid te hebben toegeslagen, anders is er geen verklaring voor het verloop van deze ultrakorte partij:

Wit: P. Meurs – Zwart: A. Scholma

1.32-28, 17-22; 2. 28x17, 12x21; 3. 35-30, 20-25; 4. 33-29, 7-12; 5. 39-33, 18-22; 6. 31-26, 22-27; 7. 26x17, 11x22; 8. 43-39, 6-11; 9. 40-35, 1-6; 10. 45-40, 13-18; 11. 30-24, 19x30; 12. 35x24, 14-20; 13. 37-31, 9-13; 14. 41-37, 12-17??;

Zie diagram.

Er volgde een verrassend hielslagje. 15. 38-32!, 27x38; 16. 37-32, 38x27; 17. 33-28 en zwart gaf het op zonder (22x33) 29x38 (20x29) 34x32 met schijfverlies af te wachten. Hoe simpel de combinatie ook is, hij is volgens Turbo Dambase (plm. 400.000 partijen) maar één keer eerder voorgekomen en wel in een partij tussen E. Volkova tegen V. Afanasik, Witrussisch kampioenschap 1993.

Explosief was de partij tussen Ron Heusdens en Jasper Lemmen uit de achtste ronde.

Wit: R. Heusdens – Zwart: J. Lemmen  

1.32-28, 18-23; 2. 33-29, 23x32; 3. 37x28, 17-21; 4. 39-33, 20-25; 5. 44-39, 15-20; 6. 41-37, 19-24; 7. 37-32, 21-26; 8. 29-23, 26x37; 9. 42x31, 13-19; 10. 46-41, 10-15; 11. 41-37, 11-17; 12. 34-29, 16-21; 13. 40-34, 9-13; 14. 50-44, 21-26; 15. 31-27, 7-11; 16. 36-31, 4-9; 17. 23-18, 12x23; 18. 29x18, 13x22; 19. 27x18, 5-10; 20. 44-40, 17-21; 21. 31-27, 11-16; 22. 47-42, 6-11; 23. 37-31, 26x37; 24. 42x31, 21-26; 25. 49-44?, 26x37; 26. 32x41,… Er volgde 26…, 9-13!; 27. 18x9, 8-13; 28. 9x18, 16-21; 29. 27x7, 1x32; 30. 38x27, 24-30; 31. 35x13, 14-19; 32. 13x24, 20x49; en zwart won.

De oplossing van het probleem uit de rubriek van vorige week (Pieter Kuiper, wit: 20, 21, 24, 26, 27, 29, 30, 31, 34, 37, 49, 50, / zwart: 3, 9, 13, 18, 22, 28, 33, 35, 36, 38, 43,): Wit wint door 29-23 (18x40) 27x18 (36x16) 20-14 (9x29) 18x9 (3x14) 50-45 (35x24) 45x32 (38x27) 49x9 nieuw motief? (27-31) 9-4 (31x42) 26-21 (16x27) 4x48.                                                                         

De nieuwe opgave is een tien jaar oud vraagstuk van A.J. Beemer (+). Zie diagram. Wit begint en wint. 

Terug naar damrubrieken